La bibliothèque numérique kurde (BNK)
Retour au resultats
Imprimer cette page

De Koerden in de (voormalige) Sovjetunie


Auteur :
Éditeur : Koerdisch instituut te Brussel Date & Lieu : 1997, Brussel
Préface : Pages : 116
Traduction : ISBN :
Langue : NéerlandaisFormat : 135x210 mm
Code FIKP : Liv. Fla. Tae. Koe. N° 4064Thème : Général

Présentation
Table des Matières Introduction Identité PDF
De Koerden in de (voormalige) Sovjetunie

De Koerden in de (voormalige) Sovjetunie

Herman Taels


Koerdisch Instituut te Brussel


"Iedereen heeft al wel gehoord over de nationalistische strijd van de Koerden in Iran, Irak en Turkije, maar waarschijnlijk nog nooit over de Koerden van de Sovjetunie, hoewel daar ook een belangrijk aantal leeft(recente schattingen gaan van vijfhonderdduizend tot één miljoen). In die situatie bevond ik mij aanvankelijk ook. Toen ik wilde beginnen aan een werk over de Koerden in Turkije, en me begon te verdiepen in de litteratuur over de Koerden, viel het me echter op hoe lovender steeds geschreven werd over de behandeling van de Koerden in de Sovjetunie en eveneens hoe weinig er over hen geschreven werd. Zelfs een standaardwerk zoals Les Kurdes van Basil Nikitine besteed amper één bladzijde aan hun situatie. Het leek mij dat men er eigenlijk niet veel over wist en dat mende werken van de Sovjetkurdologen die gecensureerd werden (ze stonden onder controle van de Communistische Partij), veelal kritiekloos overnam. Ik heb mijn werk niet goedkunnen doen als ik wilde. Maar hopelijk (in het beste geval) kan het een aanzet zijn tot verder onderzoek."


Herman Taels (°1971) studeerde vergelijkende Cultuurwetenschappen aan de Rijksuniversiteit van Gent. Als eindverhandeling schreef hij daar het werk dat u nu in boekvorm in uw handen hebt.



VOORWOORD

Iedereen heeft al wel gehoord over de nationalistische strijd van de Koerden in Iran, Irak en Turkije, maar waarschijnlijk nog nooit over de Koerden van de Sovjetunie, hoewel daar ook een belangrijk aantal leeft (recente schattingen gaan van vijfhonderdduizend tot één miljoen). In die situatie bevond ik mij aanvankelijk ook. Toen ik wilde beginnen aan een werk over de Koerden in Turkije, en me begon te verdiepen in de literatuur over de Koerden, viel het me echter op hoe lovend er steeds geschreven werd over de behandeling van de Koerden in de Sovjetunie en eveneens hoe weinig er over hen geschreven werd. Zelfs een standaardwerk zoals Les Kundes van Basile Nikitine besteedt amper één bladzijde aan hun situatie. Het leek mij dat men er eigenlijk niet veel over wist en dat men de werken van de Sovjetkoerdologen, die gecensureerd werden (ze stonden onder controle van de Communistische Partij), veelal kritiekloos overnam.
Vanuit die hoek zou ik dus op niet veel objectieve informatie moeten rekenen.

Maar ook de westerse Sovjetwetenschappers schrijven praktisch niets over de minderheden. Hun weiden zijn bijna allemaal gericht op de Russen. Soms werd er wel geschreven over de minderheden, maar dan nog lag de nadruk op het Russisch centrum, zoals dat vandaag de dag nog gebeurt met Tsjetsjenië. Men vraagt zich niets af over de geschiedenis of de drijfveren van het Tsjetsjeens nationalisme, maar wel of zij de Russische macht kunnen breken. Het is merkwaardig te zien hoe weinig er geschreven is over grote minderheden zoals de Azeri’s, laat staan dat men zou schrijven over de kleine Koerdische gemeenschap.

Het is slechts de laatste jaren dat er druppelsgewijs enige informatie loskomt, en dan nog van de Sovjetkoerden zelf. Voor het eerst werd er gesproken over deportaties en assimilatiepolitiek. Maar deze informatie was verschrikkelijk moeilijk vast te krijgen, en daarom heb ik het werk ook niet zo uitgebreid kunnen maken als ik initieel wel wilde. Hopelijk (in het beste geval) kan het een aanzet zijn tot verder onderzoek.

Tenslotte zou ik nog enkele mensen willen bedanken voor hun onvoorwaardelijke hulp en steun. Ten eerste David McDowall van de Minority Rights Group en Vera Saeedpour van de Kurdish Library in Brooklyn voor het mij toezenden van onmisbare informatie. Vervolgens de mensen van het Institut Kurde de Paris. Ook mijn zus zou ik willen bedanken voor het reviseren van de teksten. En als laatste, maar zeker niet minder belangrijk, de mensen van het Koerdisch Instituut van Brussel. Ik hoop dat ik hen met dit werk een beetje verder geholpen heb.



I. Inleiding

In 1991 werd de wereldkaart grondig hertekend toen ptots, wegens de desintegratie van de Sovjetunie, een twintigtal staten hun onafhankelijkheid uitriepen in de voormalige Sovjetunie en het Oostblok. Nationalisme was hier de primaire kracht, zoals we nog dagelijks kunnen merken aan het voorbeeld van Joegoslavië.

Dit gebeurde terwijl wij hier in het Westen juist het tegenovergestelde meemaakten. Hier wordt gewerkt aan een economische integratie en unificatie van de nationale staten. Reeds aan het begin van deze eeuw had de grote denker Lenin deze beweging voorzien.

Het ontwikkelend kapitalisme kent twee historische tendensen inzake de nationale kwestie. De eerste is het ontwaken van de nationale kracht en bewegingen, de strijd tegen alle nationale onderdrukking, en de creatie van nationale staten.

De tweede is de ontwikkeling en groei van internationaal verkeer in alle mogelijke vormen, het neerhalen van nationale grenzen, de creatie van de internationale eenheid van het kapitaal, van het economisch leven in het algemeen, van politiek, wetenschappen etc. Beide tendensen zijn een universele wet van het kapitalisme. De eerste overheerst in het begin van de ontwikkeling, de …




Fondation-Institut kurde de Paris © 2024
BIBLIOTHEQUE
Informations pratiques
Informations légales
PROJET
Historique
Partenaires
LISTE
Thèmes
Auteurs
Éditeurs
Langues
Revues